In deze derde en laatste column in de serie “Religie in Griekenland” nemen wij u mee naar de meest bijzondere kerken en kloosters in Griekenland. Ongetwijfeld zult u zelf tijdens uw bezoek aan Griekenland diep getroffen zijn geraakt door bijzondere, eeuwenoude kerken en kloosters: hetzij door de spectaculaire ligging van deze godshuizen, of anderzijds misschien wel door een eenvoudige, oude icoon. Merkwaardig genoeg is in tegenstelling tot wat in de Katholieke Kerk, gebruikelijk is, in de Grieks Byzantijnse architectuur niet het imponerende dat de glorie van God de gelovigen tot deemoed stemt. Veeleer zit de kracht in de eenvoud, wat tot op de dag van vandaag vele mensen aanspreekt. In deze column nemen wij u mee naar enkele van deze mystieke kerken en kloosters.
Tinos: Panagia Evangelistria:
Het kerkelijke leven op het Cycladische eiland Tinos zou na 30 januari 1823 een ingrijpende wending ondergaan. In dat jaar kreeg de heilig verklaarde non Pelagia, afkomstig uit het klooster Kechrovouniou, een visioen waarin de vindplaats van een icoon van de Heilige Maagd aan haar werd onthult. De Grieks Orthodoxe Kerk kent twee periodes van iconoclasme, te weten: 730 tot 787 en 815 tot 843 waarin vele iconen werden vernietigd en het vervaardigen ervan werd verboden. Verering van iconen was uit den boze. In een poging om dierbare iconen te redden werden er vele in zee gegooid of verstopt. De op aanwijzingen van de Heilige Maagd gevonden icoon wordt toegeschreven aan de evangelist Lucas, hetgeen door kunsthistorici noch wordt onderschreven, noch wordt ontkent. De icoon werd in twee delen gevonden nabij de fundamenten van een Byzantijnse kapel uit de vierde eeuw. Volgens de legende zou de Heilige Maagd aan Pelagia hebben verkondigd dat de kapel in de tiende eeuw door piraten werd verwoest. Het ene gedeelte van de icoon staat de Aartsengel Gabriël afgebeeld die een lelie aan de Heilige Maagd aanbiedt. Op het tweede gedeelte knielt de Heilige Maagd na acceptatie van haar bijdrage in de Incarnatie. Van de icoon zelf zult u echter niet veel te zien krijgen: deze is namelijk overladen met giften.
Om de waardevolle icoon waardig te kunnen huisvesten werd een landelijke inzamelingsactie gehouden. De vondst van de icoon werd gezien als een rechtvaardiging van de opstand tegen de Ottomanen en de op 25 maart 1821 uitgeroepen onafhankelijkheid. De in Griekse Renaissance stijl gebouwde kerk werd in 1830 gewijd en sindsdien is de Panagia Evangelistria op Tinos de belangrijkste plaats in de Grieks Orthodoxe Kerk voor de verering van de Heilige Maagd. Het jaarlijks hoogtepunt van de pelgrimage ligt rond 25 maart, de dag van Maria Boodschap en rond 15 augustus, de dag van Maria Hemelvaart. Kijkt u bij een bezoek aan Chora niet vreemd op als u gelovigen op hun knieën van de haven naar de kerk ziet kruipen: zij hebben een gelofte gedaan en zijn gekomen om deze in te lossen.
Patmos: het klooster van de Heilige Johannes en de grot van de Apocalyps:
De vierde ruiter van de Apocalyps:
openbaringen 6.7:
En toen Het het vierde zegel geopend had, hoorde ik een stem van het vierde dier, die zeide: Kom en zie!
En ik zag, en ziet, een vaal paard, en die daarop zat, zijn naam was [de] dood; en de hel volgde hem na. En hun werd macht gegeven om te doden tot het vierde deel der aarde, met zwaard, en met honger, en met den dood, en door de wilde beesten der aarde.
(Deze vierde ruiter van de Apocalyps kondigt ziekte en dood als gevolg van oorlog, honger en plagen aan. De vale kleur van het paard staat symbool voor de kleur van lijken. Ook zijn drie voorgangers brengen beslist geen prettig nieuws: de zegevierende Antichrist brengt oorlog en voedseltekort wat uiteindelijk zal resulteren in het einde der tijden.)
Openbaring 19.12:
En ik zag de doden, klein en groot, staande voor God; en de boeken werden geopend; en een ander boek werd geopend, dat des levens is; en de doden werden geoordeeld uit hetgeen in de boeken geschreven was, naar hun werken.
Openbaring 21.1:
En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer.
Openbaring 22.8:
En ik, Johannes, ben degene, die deze dingen gezien en gehoord heb. En toen ik ze gehoord en gezien had, viel ik neder om aan te bidden voor de voeten des engels, die mij deze dingen toonde.
Openbaring 22.16:
Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om ulieden deze dingen te getuigen in de Gemeenten. Ik ben de Wortel en het geslacht Davids, de blinkende Morgenster.
NB: Voor de vertaling van de Openbaringen van Johannes werd gebruik gemaakt van de vertaling van de Statenbijbel.
De apostel Johannes:
Johannes, een van de twaalf apostelen van Jezus, stond bekend als een van Zijn meest vertrouwelijke volgelingen. Volgens overlevering zou hij de enige apostel zijn geweest die de Maagd Maria heeft bijgestaan bij de kruisiging van haar zoon op de berg Gogotha, even buiten Jerusalem, samen met Maria Magdalena. Volgens overlevering zou hij in opdracht van keizer Dominatius in Rome zijn gemarteld wegens de verkondiging van het Evangelie. Hij zou in een bassin met hete olie zijn gegooid. Als door een wonder zou Johannes dit hebben overleefd en in ca. 95 na Chr. naar Patmos te worden verbannen alwaar hij het boek Openbaringen schreef, het laatste boek van de Bijbel. Hij zou zijn laatste rustplaats hebben gevonden in het Turkse Efeze.
De grot van de Apocalyps en het klooster op Patmos:
De grot waarin Johannes zijn Openbaringen liet optekenen en het bijbehorende klooster op Patmos is een van de belangrijkste religieuze plaatsen van de (Grieks Ortodox) Christelijke wereld. Nadat Johannes door de Romeinse keizer Dominatius naar Patmos werd verbannen, kreeg de apostel volgens overlevering ergens tussen ca. 95 en 97 na Chr. zijn vizioenen. Na de dood van keizer Dominatius in ca. 97 na Chr. verhuisde Johannes naar Efeze. In de grot zelf is een scheur in het plafond te zien welke zou zijn ontstaan na de openbaring van een heftig visioen. Het bezoek aan de gewijde grot roept tot op de dag van vandaag heftige, en vaak onverwachte emoties op. Het huidige klooster werd in 1088 door de monnik Christodoulos, met instemming van de Byzantijnse keizer Alexios I Commenos gesticht, en toornt als een machtige burcht boven het stadje Chora uit. In vroeger tijden zocht de bevolking dan ook hier haar toevlucht tijdens die niet aflatende piratenaanvallen.
Athos
De overlevering:
Volgens de overlevering was de Heilige Maagd Maria met Johannes de Evangelist op weg naar Cyprus voor een bezoek aan Lazarus. Hun vaartuig geraakte echter in een verschrikkelijk noodweer en de schipper besloot dan ook uit te wijken naar de natuurlijke haven van Iviron, waar in de tiende eeuw het gelijknamige klooster werd gebouwd. Nadat de storm was gaan liggen en de Griekse zon de schoonheid van Mout Athos onthulde, vroeg zij God de berg aan haar te schenken. God antwoordde onmiddellijk: “Laat deze plek Uw lot zijn, Uw tuin en Uw paradijs, alsook Uw verlossing en toevluchtsoord voor mensen die redding zoeken”.
Gelegen op het meest oostelijke schiereiland van Chalkidiki, vormt Mount Athos een autonome monniken staat binnen de republiek Griekenland. (Αυτόνομη Μοναστική Πολιτεία Αγ?ου Όρους, Aftonomi Monastiki Politia Agíou Orous). De twintig Orthodoxe kloosters, waaronder een Bulgaars, Roemeens, Russisch en Servisch klooster, ressorteren rechtstreeks onder het Oecumenisch Patriarchaat van Constantinopel. De circa 1830 monniken wonen overigens ook in dorpsgemeenschappen buiten de kloosters, de zogenaamde Skites. Het oudste klooster, Megisti Lavra, werd in 963 gesticht door de monnik Athanasios (920-1003) en werd gefinancierd door de Byzantijnse keizer Nikephoros II Phokas (912-969). In de elfde eeuw was het een bloeiende kloostergemeenschap met maar liefst zevenhonderd monniken. De freco ’s in het Katholikon, de hoofdkerk van een klooster, dateren uit 1535 en werden geschilderd door Theophanis. Deze Theophanes Strelitzas, ook wel de “kretenzer” genoemd (Kreta, 1500? – 1559) wordt gezien als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de zogenaamde Kretenzische School. Zijn werken zijn niet alleen op Athos, maar tevens in de kloosters van Meteora te bewonderen. Athanasios is in 1003 overleden toen de koepel van de kerk instortte, hierbij kwamen ook zes arbeiders om het leven. Het Servisch Orthodoxe klooster Hilander uit 1198, werd in 2004 voor een belangrijk deel in de as gelegd.
Mount Athos staat op de Wereld Erfgoedlijst van de UNESCO en ontvangt subsidies van de Europese Gemeenschap voor restauratie van de kloostergebouwen.
Een bezoek aan Mount Athos:
Zoals gezegd is een bezoekje brengen aan Mount Athos verre van eenvoudig. Om te beginnen worden vrouwen niet toegelaten.Op het schiereiland zouden naar verluidt zelfs geen vrouwlijke (huis-) dieren voorkomen. Daarbij komt dat er slechts tien niet Grieks Orthodoxe mannen met een minimum leeftijd van achttien jaar, en honderd Orthodoxe pelgrims per dag worden toegelaten. Voordat men Mount Athos kan bezoeken, moet men eerst een vierdaags visum, het zogenaamde "Diamonitirion", aanvragen bij het consulaat van Mount Athos in Thessaloniki.
Meteora
Op de vlakte van Thessalië, ooit een binnenzee, ligt het indrukwekkende landschap van de Meteorakloosters. Eeuwenlange water- en winderosie hebben machtige rotsformaties van zandsteen doen ontstaan waarop sinds de negende eeuw kluizenaars zich terugtrokken. In 1336 werd door de monnik Athanasios, afkomstig van de Mount Athos het belangrijkste klooster Mega Meteoron gesticht. Dit klooster is ook het hoogst gelegen, namelijk op 623 meter. Athanasios bouwde er met hulp van veertien andere monniken een kapel en enkele kloostercellen.
De Servische tsaar Simeon Uroš verleende het klooster bijzondere privileges nadat zijn zoon Ioannis in 1373 tot de kloostergemeenschap toetrad. Dit bezorgde het klooster grote faam en een leidende positie binnen de kloostergemeenschappen van Meteora. De huidige kloosterkerk is de oudste overgebleven kerk van de Meteorakloosters en dateert uit 1387/1388. De Metamorphosis kerk werd in opdracht van Ioannis (monnikennaam: Josaphat) gebouwd. Zowel Athanasios als Josaphat werden na hun overlijden heilig verklaard en liggen in de kloosterkerk begraven.
De abt van het Mega Meteoron klooster stond aan het hoofd van alle monniken van de drieëntwintig kloosters die in de loop der tijd nog werden gebouwd. De bouw ervan was een hele klus als u zich bedenkt dat alle bouwmaterialen en mensen met ladders, touwen en netten naar de toppen van de rotsen moesten worden getakeld. Zo vertellen schriftelijke bronnen dat de kloosterkerk van het tweede grootste klooster, Varlaäm. in 1542 in slechts twintig dagen werd gebouwd. Het heeft echter 22 jaar geduurd alvorens de bouwmaterialen allemaal naar boven waren getakeld en met de uiteindelijke bouw kon worden begonnen.
Van de vierentwintig kloosters zijn er nog slechts zes in goede staat: Mega Meteoron, Agios Nikolaos Anapafsas, Varlaäm (vernoemd naar de vrome kluizenaar die zich rond 1350 op deze rots terugtrok), Rousanou, Agia Triada, Agios Stefanos. Dit laatst genoemde klooster werd in 1192 gesticht en mag zich na een bezoek van de Byzantijnse keizer Andronicus III Paleologos in 1333 keizerlijk noemen. Nadat het klooster tijdens de Tweede Wereldoorlog ernstig beschadigd raakte in 1960 vrijwel verlaten was, werd het een jaar later een nonnenklooster. De nonnen wisten de schade te herstellen en een bloeiende kloostergemeenschap te stichten waarin nog steeds volgens de traditionele wijze iconen worden geschilderd.
Sinds 1988 staan de kloosters op de Wereld Erfgoed Lijst van de UNESCO.
Kreta: het klooster Arkadi:
Wellicht kunt u zich nog herinneren dat op het bankbiljet van tweehonderd Drachmes een klooster stond afgebeeld. Het betreft het klooster van Arkadi, dat in de onafhankelijkheidsstrijd van Kreta een belangrijke rol heeft gespeeld. Reeds in de vijftiende eeuw stond op deze plek al een Byzantijnse kerk. De voorgevel van de huidige kerk is Venetiaans en dateert uit 1587 de overige bebouwing dateert uit de zeventiende eeuw. Tijdens de Ottomaanse bezetting van Kreta werd het klooster door de opstandelingen gebruikt als schuilplaats, wapen- en munitieopslag en er werden verzetsbijeenkomsten georganiseerd. Uiteraard een doorn in het oog van de bezettende macht en Pasja Mustafa werd er in 1866 dan ook op uit gestuurd om een einde te maken aan de rebellie. Deze trok plunderend naar het klooster, waarin vele verzetsstrijders zich hadden verschanst. Tijdens de belegering die volgde, werd al gauw duidelijk dat het voor de Kretenzers een hopeloze zaak zou worden. Er werd dan ook besloten dat geen van de verzetstrijders en de aanwezige vluchtelingen in handen van de Ottomanen zou vallen. Pas toen deze het klooster wisten binnen te dringen, vluchtten de Kretenzers het kruidmagazijn binnen alwaar Kostis Giaboudakis het vuur ontstak dat het kruidmagazijn deed ontploffen. De Ottomanen plunderden het klooster. Mannen die het drama overleefden werden alsnog gedood, vrouwen en kinderen krijgsgevangen gemaakt. Het klooster van Arkadi is dan ook een van de nationale symbolen van Griekenland in de strijd tegen het Ottomaanse bewind,. Niet alleen voor Grieken maar ook voor toeristen een indrukwekkende plek om eens stil te staan bij de gruwelen van oorlog, bezetting en verzet, toen en zeer zeker ook nu.
Nb: Mocht u tijdens uw vakantie een kerk of klooster willen bezoeken, houdt u er dan rekening mee dat u respectvol gekleed bent. Strandkleding wordt niet op prijs gesteld: knieën en schouders dienen bedekt te zijn.
Op deze column rust copyright: Niets uit deze website mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden gemaakt, in enigerlei vorm of wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opname of enige andere manier. Dit is alleen mogelijk na voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.