Sylvia Smithuis durfde haar droom te volgen en verhuisde naar haar geliefde Kreta. U heeft al diverse columns op onze website kunnen lezen. In deze column verwennen wij u met een dubbele column: Wandelen naar Aghios Minas & Walnoten rapen met de vrouwen van het dorp.
Wandelen naar Aghios Minas:
Op nog geen 100 meter van mijn huis staat een houten verwijs bord. Het bord staat net naast de weg die door het dorp leidt, onderaan het veldje van de kippen van mijn buurvrouw. Op het bord staat een kruis, Agios Minas en een pijl die wijst naar links. Telkens als ik langs dat bord loop vraag ik me af waar die pijl nu naar wijst. Als ik naar links kijk zie ik een groot hek dat vaak gesloten is. Daarachter ligt de steengroeve waar een of twee keer per week een flinke herrie vandaan komt.
Nu is het stil, het hek is open. Ik besluit met Isa (mijn hond) op zoek te gaan naar Agios Minas. De lucht is strak blauw en er staat een windje. Perfect wandelweer. Menas van Alexandrië is een heilige uit het vroege Christendom. Menas leefde in Alexandrië in Egypte. Zijn feestdag is 11 november. Iedereen die Minas of Minos heet viert dan ook zijn/haar naamdag.
De weg loopt omhoog en is onverhard met stenen. Hoe hoger we klimmen, hoe mooier het uitzicht. Het lijkt een heel andere wereld in deze kloof, achter het hek. Ik sta regelmatig stil om eens goed om mij heen te kijken. Ik zie het dorp Mariou nu eens van een andere kant. Al die witte huisjes als dobbelstenen op een berg. Er lopen overal geiten en Isa vindt dat enorm spannend. Ze zijn veel groter dan hij en als hij blaft kwispelend met zijn staart springen de geiten op de rotsen. Ik til Isa even op, dan is hij stil en kijkt nieuwsgierig waar ze nu zijn. Ze klimmen hoger en hoger, uit het zicht.
We vervolgen de weg en ik vraag me af waar die kerk dan is, want ik zie nog niets. Ik tuur over de bergen naar iets wits. Ervan uitgaande dat het kerkje wit is. Elke bocht biedt een prachtig uitzicht over de baai van Plakias, Damnoni en de bergen. Het is adembenemend zo mooi.Even denk ik dat de weg ophoudt bij de stallen maar dan zie ik dat we erlangs kunnen lopen. Ik stil Isa en loop langs de schapen en lammetjes. De geiten staan vanaf gepaste afstand nieuwsgierig naar ons te kijken.Isa kijkt over mijn schouder als we er voorbij zijn, hij vindt het verbijsterend interessant. Als ik hem op de grond zet kijkt hij nog een keer om, de lammetjes staren hem aan.
Wat is het hier toch mooi, zo hoog in de bergen en zo anders dan de andere wandelingen die ik heb gemaakt. Hier groeien geen bomen maar struiken en allerlei prachtige bloemen waarvan ik de namen niet weet. De weg slingert naar boven en dan zie ik een kruis, dat moet de kerk zijn. Maar het is geen wit kerkje zoals ik had verwacht maar van stenen. Hoe komen we daar zeg ik tegen Isa. Die luistert niet, hij ziet een paar geiten en vindt dat veel interessanter. We lopen door en dan zie ik een hek naast de weg. Dit moet het zijn. Ik open het hek en sluit het voor de geiten die ons lijken te volgen. Dan aan de andere kant van de rots wacht een verrassing. Een prachtig kerkje, half in de rotsen gebouwd en nog een ander kerkje in aanbouw. Het uitzicht is prachtig. Ik loop rond om alles te bekijken en zie de schaduw voordat ik de grote roofvogel hoor en zie boven ons hoofd. Fantastisch! Na een tijdje lopen we weer terug. De berg af is makkelijk en het geeft weer een heel andere blik op de omgeving. Wat leef ik toch op een prachtige plek en wat ben ik blij eindelijk deze wandeling te hebben gemaakt.
Ben je in de buurt? Dan is het zeker de moeite waard de wandeling te maken. De fenomenale vergezichten, het geluid van de wind en het water, de geiten, schapen en roofvogels en de natuur. Doe het in de ochtend, dan is het nog rustig en wordt er niet gewerkt in de steengroeve. Het hek is dan ook vaak open. Het is ongeveer 3 kilometer op en neer (schat ik).De auto kun je parkeren onder aan de weg, daar staat ook een bordje naar Agios Minas. Dat is maar een klein stukje omhoog, langs het kerkje Agios Andreas en dan zie je een stukje verderop het bordje dat naar boven wijst.
Walnoten rapen met de vrouwen van het dorp:
“Hoe ga je dat doen Manolis met de trap?” Hoor ik buurvrouw Athina vragen aan haar zoon. Ik kijk uit het raam en zie dat hij de trap staat uit te vouwen en ermee staat te schuiven, zoekend naar de juiste plek. De discussie tussen de twee gaat door en dan heeft Manolis er genoeg van en klapt de trap in en loopt weg. Zijn moeder is niet blij zie ik. De volgende dag, einde van de middag, loop ik naar huis met de pups. Onder de boom staat Euyeneia met een lange stok tegen de takken van de boom te slaan. Walnoten rollen over de weg. Aan de zijkant van het huis staan emmers en Athina vraagt of ik ook walnoten wil hebben. Ja graag zeg ik, maar dan help ik ook.
Ik word voorgesteld aan Maria die met een emmer walnoten aan het rapen is en aan Stavroula. Zij is druk in de weer met de trap en heeft een grote tak in haar handen om de walnoten die hoog in de boom zitten eruit te kunnen slaan. Ik houd de trap vast want het wiebelt enorm. De pups Isa en Luna hebben de tijd van hun leven en rennen achter de rollende walnoten aan. Ze rollen door het hoge gras in de tuin en rennen achter de vrouwen aan. Van alle kanten wordt de boom bekeken en iedere walnoot die ze zien slaan ze er uit. Ik klim op een muurtje en sla ook wat noten uit de boom. Er is flink wat kracht voor nodig merk ik. We zoeken tussen de struiken en het gras naar de noten. Alles gaat in emmers en Athina gooit een flinke berg in een plastic tas voor mij. “Zo lief dat je helpt” en ze knijpt in mijn arm. Ze is klein, altijd in het zwart gekleed, loopt een beetje voorover en heeft hele lichte blauwe ogen. Als de boom leeg is en we alle bladeren en doppen hebben opgeruimd staan er 5 emmers vol walnoten. We gaan op het muurtje zitten, een steen in onze handen om de noten te kraken. Zo vers uit de boom zijn ze het lekkerst. En dat vinden de pups ook, ze springen om ons heen voor een stukje noot. Athina nodigt ons allemaal uit op haar afli (erf). We wassen onze handen en drinken water, eten stukken watermeloen, appel en walnoten met honing. De vrouwen praten over de laatste gebeurtenissen in het dorp. Ik kan niet alles volgen en vind dat ook niet erg. Eenmaal thuis haal ik de walnoten uit de dop. Mijn vingers zijn bruin, bijna zwart. Dat slijt wel de komende dagen. Ik heb genoten van deze middag met de vrouwen uit het dorp.